Er is een revolutie nodig op het gebied van wonen. Daar waar woningen worden gebouwd, moeten deze natuurinclusief zijn (groendak, opvang van regenwater, plaats in de gevel voor vleermuizen en zwaluwen, groene gevels en groene ruimte eromheen). Het liefst worden nieuwe woningen opgebouwd uit circulaire materialen. Hiervoor is een materiaalpaspoort nodig, zodat bij sloop, materialen op de juiste manier worden hergebruikt.
Er is veel interesse in nieuwe woonvormen, dat vraagt ook om een nieuwe kijk op woningbouw. Initiatieven voor gemeenschappelijke bouw van tiny houses, hebben vaak honderden aanmeldingen, terwijl er maar tientallen woningen worden gebouwd. Het proces voor de bouw van bijvoorbeeld een ecodorp of gemeenschapswonen is nu vaak nog moeizaam, omdat ambtenaren nog niet gewoon zijn hiermee om te gaan en omdat het moeilijk is aan grond te komen. De gemeente kan plekken aanwijzen waar dit soort initiatieven welkom zijn en een sociale grondprijs vragen.
Als er ruimte is om de woonwensen creatief in te vullen, is er veel mogelijk. Bijvoorbeeld een woongemeenschap voor alle leeftijden, waarbij zorg wordt verleend aan ouderen in ruil voor oppas op kinderen. Of kleine woningen op het erf van een gestopte boer, waarbij gezamenlijk een stuk natuur wordt aangelegd en de boer op zijn eigen land kan blijven wonen door de nieuwe vorm van inkomsten.
Samen bouwen we het mooist.